Onverdiend?

Onverdiend? Wat is dat? Onverdiend. Wat verstaan we daar onder? Paarden die de haver echt verdiend hebben maar het op de een of andere manier niet krijgen? Zoiets ja. In tegenstelling tot Boontje komt om zijn loontje naar het oude sprookje. Is nu een zegswijze, gebaseerd op leedvermaak of een straf, die niet onverdiend is. Dus: eigen schuld, dikke bult! De volgende voorbeelden geven aan hetgeen van toepassing zou kunnen zijn op het begrip ‘onverdiend’. Met de opmerking dat de objectiviteit soms ver te zoeken is. Onverdiend zegt de één, verdiend vindt de ander.

➔ Lees verder…

1851

Call me Ishmael.

Dit is een van de bekendste openingszinnen uit de wereldliteratuur. Ishmael is de enige overlevende van de walvisvaarder Pequod. Hij vertelt zijn verhaal via de pen van de Amerikaanse schrijver Herman Melville. Het verhaal van de obsessieve kapitein Achab in zijn bezeten jacht op de witte potvis Moby Dick. En die uiteindelijk zijn noodlot niet kan ontlopen en met man en muis vergaat. Behalve Ishmael dus, dankzij de zelfgemaakte doodskist van een ander bemanningslid, de harpoenier Queequeg. Kapitein Achab zelf gaat verstrikt in harpoenlijnen op Moby Dick mee de diepte in. Prachtige vertellingen over een zeer bont en divers gezelschap als bemanning, over walvissen, over menselijke zwakheden en sterktes. De eerste uitgave in Engeland in 1851 werd zwaar gecensureerd. Veel passages en zelfs een geheel hoofdstuk bleken geschrapt te zijn. Qua aantal viel dat wel mee, want het boek telt 135 hoofdstukken. En aan een boom zo vol geladen, enzovoort. Maar het hoort niet! Het ging om voor Engeland minder gunstige uitlatingen plus onderwerpen, die beslist niet door de preutse Victoriaanse beugel konden. Zoals de indringende beschrijving van het seksleven van de walvis. En blauwe vinvissen bijvoorbeeld winden er geen doekjes om. Uiteraard is die censuur later weer ongedaan gemaakt.

➔ Lees verder…

Het vierde vierde het

Het vierde vierde het kampioenschap van de derde (neen, niet vierde) klasse op de vierde van de vierde na de wedstrijd tegen het vierde van Meppel. En na deze laatste ronde kunnen beide vierde teams de teugels laten vieren. Klus geklaard, het zit er op.

Nou en, hoor ik u denken, waar heb je het over, het is toch slechts de onderbond? Gelukkig zijn gedachten stemloos. En mocht er heel misschien heel wellicht eventueel een heel minieme kern van waarheid in zitten (natuurlijk niet) dan zijn van de zeven teams er zes het niet geworden en wij wel. Bovendien is het woord ‘slechts’ niet op zijn plaats, alsof de prestatie daardoor minder waard is. Mooi niet, kampioen is kampioen. Dat vieren gebeurde overigens op een heel ingetogen wijze, wij zijn niet van die uitbundige wildebrassen. Geen gezamenlijke dab, geen high five (neen, ook geen four), geen boks, niets van dat alles. Een waarderende blik, een goed gedaan jongens, dat soort dingen, maar wel blij! En die tattoo van teamleider Adriaan? Eerst zien, dan geloven.

Lees verder…