Onze landgenoot Rufus Dingelam krijgt volkomen onverwacht de Nobelprijs voor scheikunde toegekend. Voor zijn onderzoek naar en het bereidingsproces van een stof, decennia geleden, die niet alleen in een wasmiddel zou worden toegepast maar ook in een geneesmiddel. Met als bijwerking een sterk potentie verhogend effect. Een ongedachte combinatie en neen, het is niet Omo. Dat wast alleen maar door en door schoon en doet verder niets. Opwinding in de gehele wereld (door dat wasmiddel natuurlijk), in heel Nederland maar vooral in Groningen want daar werkt hij als professor. En een groot succes voor de één betekent automatisch jaloezie bij vele anderen. De menselijke natuur in volle glorie!
Blog BB
Nobel
Niet het synoniem van edelmoedig of hoogstaand maar Alfred, geboren in 1833 in Stockholm, Zweden, die Nobel bedoel ik. Van beroep scheikundige en zakenman. Deze combinatie zorgde voor zijn zoektocht naar een methode om het hoogst gevoelige explosief nitroglycerine stabiel te krijgen. Die zoektocht was niet zonder gevaar want verschillende experimentele explosies hebben het leven gekost aan meerdere medewerkers waaronder een broer van hem. Uiteindelijk slaagde hij in zijn opzet en noemde het resultaat dynamiet. En werd schatrijk van de verkoop aan wapenfabrikanten en mijnbouwondernemingen.
Alfred Nobel las op een dag zijn eigen overlijdensbericht doordat hij werd verwisseld met een andere broer, die was overleden. Hij werd betiteld als ‘handelaar in de dood’ die door zijn uitvinding rijk was geworden van het oorlogsleed de mensheid aangedaan. Daar was hij zo oprecht door geschokt dat hij ging nadenken over een andere, meer positieve bijdrage aan diezelfde mensheid. En kwam op het idee dat van de rente van zijn, door het dynamiet verdiende kapitaal, elk jaar na zijn dood op zijn sterfdag vijf prijzen moesten worden uitgereikt. Bestemd voor diegenen, die in de voorgaande jaren aan de mensheid het grootste nut hebben verschaft. Compensatie van het zuiverste soort!
Taal
Een ramp! Aan een onbezorgde jeugd kwam abrupt een eind. Dacht ik. Want ik moest naar school. In 1951, na de zomer, als ‘Leerling der O.L.-School’. Nog geen kleuterscholen toen, al duurde dat niet lang meer. Dus geen groep drie van een OBS maar ‘Ons 1e Schooljaar’ bij juf Schans. Op een nostalgische klassenfoto in de nazomer, op een warme namiddag, herken ik een slungelig jongetje van ruim zes jaar, een late leerling van december. Vanwege de leeftijd moest ik denken aan de zesjarige Thomas in het artikel van Johan Hut over Rob Hartoch op Schaaksite.nl. Van schaken had ik nog geen benul toen, Thomas al wel. Je kunt niet vroeg genoeg beginnen. Bobby Fischer was zes jaar toen hij met schaken in aanraking kwam. En oud-clubkampioen Wim Sanders ook zes in het jaar dat Euwe wereldkampioen werd.