Het eerste resultaat werd vrij vroeg in de middag genoteerd door Cees Visser, een remise na negentien zetten in een Slavische Verdediging. En natuurlijk vasthouden aan de traditie door wederom geen rokade te doen, zou hij zich zo onderhand ontplooien als een schaak-autonoom door pertinent te weigeren deze zet te spelen. Misschien dat we de schaak-overheid maar eens moeten inschakelen om hem er bewust van te maken dat er verplichtingen zijn die je zo nu en dan wel na moet komen. In dit geval had hij het voordeel van de twijfel aan zijn zijde dat er geen gevaar op het bord dreigde, dus kwam hij er gemakkelijk mee weg.
Degene die niet makkelijk weg kwam met een remise was de tegenstander van Freddie van der Elburg, de in de inleiding genoemde Grootmeester van Meppel: Dennis de Vreugt. En dat mag je op zijn zachts gezegd wel een echte meevaller voor Meppel noemen, want Freddie had de hele partij de touwtjes stevig in handen. Hij leek linea recta op een overwinning af te stevenen. Na zo’n tien zetten in de Hollandsche opening eigende Freddie zich het centrum toe en moest Dennis duidelijk een verdedigende positie aannemen. De eenvoudigste methode om dat te doen was om maar zoveel mogelijk stukken af te ruilen en afwachten hoe het zich zou ontwikkelen. Helaas wist Freddie op het beslissende moment niet de juiste te vinden en ging mee in het afruilen van stukken waar hij met de zet 20… Pa6-c5 nog meer grip op de stelling had kunnen krijgen c.q. behouden. In de slotstelling staat zwart nog wel beter maar genoeg voor winst was het niet en werd tot remise besloten. Een lastige horde was geneutraliseerd.
Was het een voorgevoel of was het pure noodzaak? Jasper vroeg vooraf of er iemand met hem wilde ruilen zodat hij in plaats met wit, deze ronde met zwart kon spelen. Marcel sprong in de bres en bood zich vrijwillig aan om het verzoek van Jasper te honoreren. Of de tegenstander van Marcel Boel daar bij nader inzien blij mee was zullen we nooit weten, feit is wel dat hij een stormram tegenover zich kreeg. Alhoewel Marcel na afloop moest bekennen dat er een paar roestplekjes aan zaten, maar wie maalt daar om? De opening die op het bord komt is de Berlijnse variant van het Spaans en richt Marcel zijn pijlen op veld f7, en daar zit het enige vlekje in de partij. Het voorbereidende werk wacht op zijn voltooiing maar dat moest niet gedaan worden door in te slaan op f7, maar door de mooie zet 21.Pg5-e6. Toch raakt tegenstander Roel Donker de controle en het overzicht kwijt en kan Marcel alsnog de aanval completeren, mede geholpen door een blunder van zwart. We komen enigszins verrassend op voorsprong, iets wat we vooraf niet hadden verwacht.
Maar Meppel komt daarna wel weer op gelijke hoogte omdat Micha Jans wint van Casper Wouters. Deze heeft al niet zijn meest florissante seizoen, dus kon dit er ook nog wel bij. Casper verliest in de Weense opening een pion en ziet dat houtje nooit meer terug. Maar dat voordeeltje moet natuurlijk nog wel worden verzilverd en zwart wil zijn huid zo duur mogelijk verkopen. Hij stoomt met zijn a-pion op naar de overkant en hoopt op die manier tegenspel te kunnen creëren. Maar Micha Jans laat zich niet van de wijs brengen en bouwt aan een degelijk aanvalsplan en laat de pion ongemoeid. Wanneer de meeste stukken van wit op de juiste plek staan is het tijd om te gaan cashen, en hoppa! daar gaat de kwaliteit. En dan is het ook direct voorbij voor Cappie, zijn stelling stort volledig in en opgeven is de enige juiste beslissing. Laten we hopen dat hij de weg naar een overwinning weer weet te vinden.
Aan het belendende bord is Henk Eleveld intussen bezig volledig gehakt te maken van zijn tegenstander en wordt de nederlaag van Casper vlotjes weggespoeld. Het is een lekker potje voor wit om te spelen en het lijkt bijna vanzelf te gaan. Tegenstander Rienk van den Berg moet alle zeilen bijzetten om niet voor de twintigste zet al te verliezen. Tegen die tijd heeft Henk al de volledige controle over het hele bord, de dame wordt naar een onmogelijke plek gedirigeerd en het is een kwestie van tijd dat hij gaat winnen. Het groepje pionnen dat zich op de damevleugel heeft verzameld begint vrolijk aan de wandeling naar de overkant, en niets kan ze tegenhouden. De beste beslissing is dan maar om de partij op te geven. En aldus geschiedde.
En we weten de zojuist verworven voorsprong in de match te consolideren met een remise van Arjan Buijse aan het achtste bord. In een Engelse partij met een dubbele fianchetto moet hij proberen de aanvalsdrang van Ferdinand Binnendijk van zich af te houden. Zwart weet in het middenspel wel een klein voordeeltje te bewerkstelligen maar Arjan houdt stand. Alle lagere officieren verdwijnen van het bord en dan blijven alleen de hoekstenen over die het moeten uitvechten. Maar ja, zoals al langer bekend: Toreneindspelen zijn saai en monden vaak uit in remise. En die tegeltjeswijsheid is ook hier van toepassing, via een zetherhaling kunnen we een remise bijschrijven op het formulier.
Nico Zwirs verzekert mij voor de wedstrijd dat hij zijn broer Jasper tot in de puntjes heeft geïnstrueerd hoe de partij vandaag aan te pakken. Of hij dan ook al wist dat Boris de Jonge tegenover hem zou zitten laten we in het midden, maar aan het tijdsverbruik van Jasper was te zien dat de voorbereiding wel zijn uitwerking had gehad. Siciliaanse opening die door ChessBase gemengd wordt genoemd, als het beestje maar een naam heeft. Spelend met wit doet Boris via a-lijn een poging het voordeel zijn kant op te laten vallen, maar Jasper verdedigd zich afdoende en laat zich niet intimideren, wat wit ook probeert. Die verwoede pogingen van wit lopen dus op niets uit, en daardoor krijgt Jasper zelfs nog de mogelijkheid om zelf zijn stelling te verbeteren. Uiteindelijk gaat hij daar niet voor en dwingt door middel van een zetherhaling remise af. Dat brengt ons puntentotaal op vier en zijn wel al verzekerd van een gelijkspel.
De laatste matador in het strijdperk is Martin van Dommelen die met wit in Richard Berendsen een op papier sterkere tegenstander treft. Maar ja, dat zijn alleen maar statistieken die niet altijd op het bord tot uiting komen. En Martin heeft daar ongetwijfeld ook maling aan. Mwah, wat moet je van de partij zeggen: opening is een Schots Vierpaardenspel en later zijn het nog maar twee paarden. We ruilen wat lichte stukken, daarna wat torens en niet veel later de dames, waar het toe zal leiden, zeg het maar, wat kan er gebeuren. Nou genoeg! Martin biedt aan om een centrumpion te ruilen maar zwart gaat daar niet op in, en dat is het moment dat wit bloed ruikt. De doorgeschoven pion d4 is zijn leven niet meer zeker en legt het loodje. Maar de weg naar winst is nog lang, zo lang zelfs dat de teamleider er niet meer op gaat wachten en vertrekt. Met dien verstaande dat hij er vanuit gaat dat Martin het klusje zal klaren. Degene die ooit de schaaknotatie heeft bedacht, verdient een pluim omdat je op die manier na afloop kan zien hoe Martin de partij naar winst schuift. Met weinig materiaal op het bord ligt de remise-marge op de loer. Toch weet wit die te vermijden en als de teamleider de pizza al lang en breed heeft verorberd, komt het verlossende woord dat de winst ook op het tweede bord kan worden bijgeschreven
En daarmee behalen we een belangrijke overwinning in deze competitie, maar we moeten niet verzwakken want de strijd om de (versterkte) degradatie blijft op de loer liggen. Wanneer we nog een of twee overwinningen behalen zou dat geen probleem moeten zijn, maar we weten allemaal: het blijft schaken, een foutje is zo gemaakt.
(Klik/tik op linkerpijl voor engine, op rechterpijl om andere partij te bekijken)