Weer niet…

SOS-competitie

Laat ik dit verslag eens beginnen met een quizvraag voor de oudere lezers onder ons: van wie is de volgende quote en uit welk boek komt deze?

Geef maar een pion weg, dan win je wel van ‘m.

(Oplossing onderaan)

Op vrijdag 13 december verscheen ons jeugdteam – ook wel bekend als het 5e – in De Stolp voor de derde externe wedstrijd. Onze tegenstanders waren uit het verre (nou ja, verre) Twello afgezakt om ons partij te bieden. De omstandigheden waren niet ideaal: ten eerste vanwege de datum (vrijdag de 13e heeft altijd een wat nare klank) en ten tweede omdat uitgerekend op onze speelavond in De Stolp een grote kerstbijeenkomst werd gehouden door medewerkers van de Belastingtelefoon, inclusief maaltijd. Met enige zorg werd dit tafereel door de spelers gadegeslagen, maar het viel reuze mee: de schuifwanden van onze speellocatie zijn afdoende geluidwerend. Om 19.45 uur stipt werden de handen geschud en de klokken gestart. Ik ga de borden, zoals te doen gebruikelijk in volgorde van partij-beëindiging af.

Bord 5: Oscar A.
Oscar mocht met zwart tegen meneer Kuijk. Hij blaakte van het zelfvertrouwen, want de zetten werden door Oscar in een moordend tempo gedaan, maar dit kon natuurlijk ook komen door de enorme ijscoupe annex suikerbom die iedereen tijdens de partij kreeg (aangeboden door de Belastingdienst; ja, u leest dit goed …). Door het tempo dat hij aanhield werd wel de zorgvuldigheid een beetje (heel erg) uit het oog verloren. De zorgvuldigheid bestond vooral uit een ‘mat-in-1’-dreiging. Helaas voor Oscar zag meneer Kuijk dit wel.

Bord 6: Merijn
Merijn (grote broer van Oscar en Eelco) viel in voor Catharina. Hij mocht met wit tegen meneer de Boer en zijn partij was een kopie van de partij van bord 5 (denk ik: ik heb zoals gebruikelijk weer eens twee partijen minder aandacht kunnen geven). Hoog tempo, (te) weinig nadenken en helaas ook een nul.

Bord 3: Jorinde
Jorinde mocht op bord 3 met zwart tegen dhr. Nelemans. Die kende ik, want al eens tegen gespeeld (resultaat: zero) en bij mij bekend als iemand die graag op f2/f7 in wil slaan. Toen ik de eerste keer haar bord bekeek, stond ze een pion voor (denk even aan de quote uit de eerste alinea!). Op zich zag dat er gezond uit, ware het niet dat – toen ik nog wat beter keek – ze ook een paard achterstond. Hoe dit heeft kunnen gebeuren, heb ik niet kunnen achterhalen, maar al vrij snel was duidelijk dat Jorinde dit niet meer recht kon klussen. Nou ja, wel een lekker ijsje gehad.

Bord 7: Eelco
Op bord 7 de derde Adams uit ons team, Eelco. Met wit tegen meneer Hilbrink. Eelco had al vrij snel een pion in de aanbieding gedaan, denkende dat het punt dan wel binnen zou zijn (quote!). Toen gaandeweg de partij bleek dat deze vlieger niet helemaal opging, bood hij maar remise aan. Meneer Wilbrink rook echter bloed en weigerde: “Kom even, zeg: ik sta een pion vóór!”. En inderdaad: wat later op de avond werden handen geschud en kon het vijfde een vierde verliespartij noteren.

Bord 4: Oscar B.
Oscar speelde een nette positionele partij op bord vier met wit tegen meneer de Vries. Helaas had Oscar de eerste alinea van dit verslag ook ter harte genomen en een pion achterstand opgelopen. Hij kwam gedurende de partij in een toreneindspel terecht wat met een pion achterstand op zich misschien wel remise te houden was. Helaas was er in het proces nog een witte pion in het doosje en dat kon Oscars stelling niet trekken. Hierbij moet wel opgemerkt worden dat Oscar doorspeelde totdat het echt mat was (vechtlust kan hem niet ontzegd worden) en dat er ook even ingegrepen moest worden toen de witte koning koude en natte voeten kreeg door een smeltende ijscoupe (Oscar speelt héél geconcentreerd).

Bord 8: Tobias
“Waarom speelt die jongen op bord 8?” werd mij gevraagd tijdens de partij. Een groter compliment kun je bijna niet krijgen in mijn optiek. Tobias liet zien dat hij er zin in had met wit tegen meneer de Jong (die ik ook nog kende, want ook tegen gespeeld. Meneer de Jong wist dit ook nog en wist zelfs nog wat voor partij het was. Indrukwekkend!), kreeg een Siciliaan tegenover zich (Fritz 12 benoemde deze opening ‘Siciliaan zonder g6’. Zet 4: g6. Vreemd) en kleunde er onvervaard in. Hij ging zó op in zijn partij dat hij de aangeboden ijscoupe afsloeg (maar dat kan ook te maken met het bolletje chocolade-ijs: lust-ie niet). Ook hij schoot er een pion bij in (quote!), maar hij liet zien dat er met hem niet viel te spotten. Een loperinslag op e7 (dreigt kwaliteitswinst) ondersteund door Alekhine’s gun (toren en dame op de e-lijn) zag er buitengewoon dreigend uit:

Helaas had Tobias zijn gun verkeerd geassembleerd (dame vóór de toren) en kon de loper gepend en even later gewonnen worden. Na een grote afruil stond Tobias dus gewoon een stuk achter en dreigde een tweede stuk gewonnen worden. Hier had Tobias geen zin in, dus streek hij de vlag.

Bord 1: Wilko
Het moest dus van de topborden komen! Schrijver dezes kreeg met zwart de heer Bons tegenover zich. Er werd met de e-pion geopend, dus al vrij snel stond er een Caro-Kann op het bord. Meneer Bons liet hier duidelijk hyperagressieve intenties zien met achtereenvolgens de zetten g2-g4, h2-h4 én f2-f4. Net op het moment dat ik vreesde volledig geplet te worden (de vrees was achteraf gezien volledig terecht), ruilde mijn tegenstander foutief af, waardoor ik mij uit de omknelling kon bevrijden en een pion kon winnen. Gezien eerdergenoemde quote had ik dit beter niet kunnen doen, want even verder overzag ik dat wit zijn dame op e6 kon laten binnenploffen.

Hier volgde 23. De6+ Tf7, 24. Tdf1 Tf8, 25. Txf7 en opgegeven. Zwart verliest te veel materiaal.

Bord 2: Katja
Tenslotte Katja dan, onze groeibriljant. Ze speelde met wit tegen meneer Rouwhorst en kwam (net als Oscar op bord 4) in een positionele partij terecht. Toen ik klaar was met mijn partij, stond het materieel nog volkomen gelijk. De rest heb ik niet kunnen zien (vroeg naar huis), maar uit de berichten begreep ik dat Katja ook bovenstaande quote meende te moeten huldigen (pion kwijt) en dat dit in het verre eindspel toch de beslissing heeft gebracht.

Wederom een 0–8 nederlaag, dus. Op bordpunten zullen we waarschijnlijk niet vele potten breken dit seizoen. Positief punt vind ik persoonlijk wel dat er van de spelers geen enkele wanklank gehoord is. Elke nederlaag werd buitengewoon sportief aanvaard. Leerpunt van deze wedstrijd is dat de quote uit de eerste alinea over het algemeen nergens op slaat en dat we in het vervolg toch ook zuiniger moeten zijn op onze pionnetjes: je hebt er aan het begin van de partij weliswaar acht, maar ze zijn toch best wel belangrijk… Volgende wedstrijd beter, luitjes! Dat zal dan een clash worden in Voorst. Publiek is welkom.

Oplossing van de quizvraag: de quote komt uit het onvolprezen boek De Koning van beroepsbelediger en grootmeester Hein Donner. Hij sprak over de schakers V/d Berg en Barendregt die een gewonnen stelling nooit met goed fatsoen konden verzilveren.

Plaats een reactie

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.